KOCHSE KLANKEN

 In 1846 komt Antwerpenaar Jaak Koch in het bezit van zo’n 4,5 hectare grond, dat tot dan eigendom was van de chemische fabriek Tassaert. ‘Mijnheer Jaak’, een zakenman in hart en nieren, verwerft tussen 1846 en 1899 meer dan 350 hectare, en in 1899 verrijst daar het ‘klein kasteel’, met maar liefst 35 kamers. 

 

De eerste steen die gelegd wordt, betekent ook het begin van het verhaal van een familie die gedurende meer dan 90 jaar hun stempel zal zetten op Gooreind: voor haar rol als werkgeefster, haar belangstelling voor het welzijn van de inwoners en hun ongeziene vrijgevigheid. Wanneer Jaak overlijdt (in 1903), laat hij het hele domein na aan een Londense bankiersfamilie, met aan het hoofd Maurice Koch, zijn neef.

​

Weldoener Maurice Koch laat in 1912 alle gebouwen samensmelten en bouwt naast het ‘klein kasteel’ van Jaak zijn ‘groot kasteel’. Enkel op het gelijkvloers waren de twee kastelen gescheiden door een dubbele doorrijpoort. 

 

Het hele complex kent dan een grondoppervlakte van maar liefst 1.175 m2 en het kasteel telt ondertussen meer dan 100 kamers. Naast het kasteel stonden er ook nog verschillende andere gebouwen op het domein van Koch:

 

2 woonhuizen met een paardenstal,  een klein woonhuis, een koestal, een schuur, drie serres, een volière en een gebouw dat ingeschreven stond op het kadaster als ‘waterkasteel met naftemotor’. Dat waterkasteel was in feite een watertoren die moest dienen om het water tot op de vierde verdieping te pompen.

 

De woningen werden bewoond door de bos- en jachtwachters, de hovenier en het personeel dat instond voor paarden en koeien.

 

Maurice Koch bleef in Londen wonen en werken als wisselagent, maar 2 maanden per jaar kwam hij traditiegetrouw met zijn familie en gevolg naar Gooreind. Ze vertrokken met een speciaal afgehuurde boot om 8u ‘s avonds uit Dover met minstens 20 bedienden, waaronder een butler, een Franse kok, verpleegsters, een gouvernante en twee chauffeurs. Ook 2 auto’s en wel 15 paarden kwamen mee.

 

De volgende dag kwamen ze ‘s ochtends aan in Antwerpen en vertrok de gigantische kleurrijke stoet naar Gooreind.